Toen deze scène voltooid was, toonde deze scène Osorkon die een clepsydra (waterklok) aanbood aan de slangengodin Wadjyt. Hij draagt de dubbele kroon van Boven- en Beneden-Egypte. Osorkons vrouw, koningin Karoma, staat aan zijn zijde. Ze draagt een gepluimde kroon met zonneschijf en houdt een vliegenklopper en ankh vast, het hiëroglifische symbool van het leven. Haar gezette figuur weerspiegelt het vrouwelijke ideaal van die tijd.
Het blok komt voort uit een monumentale toegangspoort in Bubastis. Het reliëf beeldde het sed-jubileum van Osorkon af, waarbij de door God gegeven bevoegdheden van een koning ritueel werden vernieuwd. De opstelling van de scènes weerspiegelde het dubbele grondgebied van Egypte, dat formeel werd teruggewonnen door de verjongde heerser.
Tempelreliëf van rood graniet, afkomstig van een poort in de tempel van Bubastis, met reliëfvoorstellingen van Osorkon II en Karomama, zijn vrouw, staande in aanbidding voor een onbekende godheid, met cartouches erboven; sommige sporen van kleur zijn bewaard gebleven.